Remmen op het asfalt in Melbourne

Het Formule 1-seizoen is weer gestart. Voor de achtste keer op rij is het WK afgetrapt met de GP van Australië. De technici van remmenspecialist Brembo nemen het Albert Park Circuit in Melbourne onder de loep.

Foto: Shutterstock

Hoewel de meeste Nederlandse racefans een katertje hebben overgehouden aan de eerste race om het wereldkampioenschap -de verwachtingen waren immers hooggespannen- valt er genoeg te melden over het circuit zelf. Zoals tijdens de race duidelijk werd, blijkt inhalen een probleem op Albert Park. Het semi-stratencircuit met zijn lange rechte stukken en smalle bochten biedt weinig ruimte voor echte inhaalmanoeuvres.

Rubberresten

Het circuit van Melbourne staat op normale dagen open voor bewonersverkeer, waardoor het asfalt aan begin van het raceweekend doorgaans erg glad is. Als de kwalificaties eenmaal gestart zijn en er veel rubber op het asfalt achterblijft, worden de remprestaties van de F1-bolides steeds beter. In 2017 verbeterden de formulewagens hun rondetijden met twee seconden vanaf de eerste oefensessies op vrijdag tot en met Q3 op zaterdag. Het gevolg van de toename van de vertraging vertaalt zich in een grotere belasting van het remsysteem. Er is meer slijtage van de remblokken en -schijven, die zeer hoge temperaturen bereiken, hoewel het asfalt niet zo heet wordt als bij de circuits die zich op het noordelijk halfrond bevinden.

Moeilijk circuit

Volgens de technici van Brembo behoort het circuit van Albert Park tot de categorie zeer moeilijke circuits voor de remmen. Op een schaal van 1 tot 10 scoort het Australische circuit een 8 op de moeilijkheidsindex, vergelijkbaar met windgevoelige circuits zoals Monza, Baku, Sochi en Spielberg. Het Australische circuit kent 9 remsecties en van alle circuits die tijdens het WK bereden worden, kent Albert Park de minste remtijd per raceronde. Toch is de gemiddelde vertraging relatief hoog met iets meer dan 4G, omdat er zeven bochten zijn die meer dan 4G vereisen.

Belasting rempedaal

Van start tot finishlijn remt elke coureur ongeveer 510 maal, met een totale belasting van meer dan 69,2 ton op het pedaal, wat overeenkomt met het gewicht van 94 Formule 1-bolides, inclusief hun bestuurders. Anders gezegd: elke coureur past een belasting van meer dan 850 kg per minuut toe. Albert Park behoort tot de circuits waar de F1-bolides de meeste energie verliezen tijdens het remmen: gemiddeld bedraagt dit per auto 165 kWh, wat overeenkomt met het energieverbruik van meer dan 1.200 PlayStation 4-consoles als deze een uurtje gebruikt worden.

Gevreesde bocht

Van de negen remsecties in Albert Park worden er door de technici van Brembo vier geclassificeerd als veeleisend voor de remmen. Drie hebben het predicaat ‘middelzwaar’, de resterende twee hebben de kwalificatie ‘licht’. Bocht 3 wordt het meest gevreesd, omdat de coureurs voor de bocht kunnen profiteren van DRS en soms moeten vertragen vanaf ongeveer 317 km/u. Zij remmen dan binnen 1,32 seconden over een afstand van 113 meter en ondergaan 4.9G tijdens deze vertraging. Een andere moeilijke remsectie is de eerste bocht na de start, een zone waar de coureurs ook van DRS gebruikmaken. De vertraging bedraagt ook hier 4.9G, maar het remmen beperkt zich hier tot een lengte van 96 meter binnen 0,95 seconden.

Afbeeldingen: Brembo.com

Meer van dit onderwerp weten?

Ander nieuws?